Werkwijze
Er komt heel wat bij kijken voordat de geëmailleerde voorwerpen en wandplaten van Nella Damsma uiteindelijk in de winkel liggen!
Forceren:
De voorwerpen, zoals bekertjes, asbakjes en schaaltjes, worden geleverd door de forceur. Deze vervormt een koperen plaat naadloos tot een driedimensionaal object. Tot 1964 gebeurt dat met de hand: een ronde metalen plaat wordt tegen een draaiende mal geklemd. De dikte van het koper is beperkt. Na 1964 doet men dit voor het eerst machinaal en wordt het mogelijk om ook producten uit dikker metaal te maken. De forceur - in het geval van Nella is dat Rullmann in Amsterdam - slaat ook het logo in de onderkant.
Voor de wandplaten en de luciferdooshouders worden gewone koperen platen aangeleverd door een firma in Rotterdam. Het zijn altijd platen van 0,8 cm en Nella of haar man snijden ze zelf op maat.
Reinigen:
Het koper wordt allereerst vetvrij gemaakt met wasbenzine, waarna het wordt geschuurd. Nella gebruikt daarvoor meestal oud afval-emaille. Vervolgens wordt het koper goed schoongemaakt.
De verf prepareren:
Het emaillepoeder (van Regout in Maastricht) wordt met water aangelengd zodat een papje ontstaat, waarmee geschilderd kan worden. Na gebruik droogt en hardt het uit, zodat het bij volgend gebruik weer losgestampt en geroerd moet worden.
Forceren:
De voorwerpen, zoals bekertjes, asbakjes en schaaltjes, worden geleverd door de forceur. Deze vervormt een koperen plaat naadloos tot een driedimensionaal object. Tot 1964 gebeurt dat met de hand: een ronde metalen plaat wordt tegen een draaiende mal geklemd. De dikte van het koper is beperkt. Na 1964 doet men dit voor het eerst machinaal en wordt het mogelijk om ook producten uit dikker metaal te maken. De forceur - in het geval van Nella is dat Rullmann in Amsterdam - slaat ook het logo in de onderkant.
Voor de wandplaten en de luciferdooshouders worden gewone koperen platen aangeleverd door een firma in Rotterdam. Het zijn altijd platen van 0,8 cm en Nella of haar man snijden ze zelf op maat.
Reinigen:
Het koper wordt allereerst vetvrij gemaakt met wasbenzine, waarna het wordt geschuurd. Nella gebruikt daarvoor meestal oud afval-emaille. Vervolgens wordt het koper goed schoongemaakt.
De verf prepareren:
Het emaillepoeder (van Regout in Maastricht) wordt met water aangelengd zodat een papje ontstaat, waarmee geschilderd kan worden. Na gebruik droogt en hardt het uit, zodat het bij volgend gebruik weer losgestampt en geroerd moet worden.
Beschilderen:
Met een natte kwast wordt de ondergrond aangebracht. Het vloeibare emaille wordt geschud, zodat het zich fraai over het oppervlak verspreidt. Hieruit verwijdert Nella vervolgens de vorm die ze wil maken. Deze vrijgekomen vorm vult ze nu met een afbeelding in emaille. Ze noemt het zelf de 'nat-in-nat' techniek.
Het geheel wordt te drogen gelegd, zodat ze daarna met een graveernaald de contouren en de accenten kan inkrassen. Wanneer er zo'n acht tableaus vol staan met beschilderde voorwerpen, gaat alles in het goederenliftje naar beneden naar de werkplaats.
Branden en glazuren:
Echtgenoot Piet speelt beneden de hoofdrol: hij brandt de beschilderde voorwerpen, niet in een oven, maar met een of twee branders. De gegraveerde lijntjes zijn nu geoxideerd en bijna zwart geworden. Om die weer tevoorschijn te halen tot hun koperen kleur worden de voorwerpen in een bad van salpeterzuur gedompeld, en om dat weer te neutraliseren in een loogbad; met azijnzuur wordt het oppervlak weer wat ruw gemaakt. Nu kan de transparante glazuurlaag erop gespoten of gestrooid worden; vóór het branden ziet die eruit als witte fondant. Het bevat lood en is gevaarlijk voor de gezondheid, maar zorgt wel voor de prachtige glans over het geheel. Als laatste wordt de onderkant gebrand, zodat die fraai oxideert, en daarna geglazuurd. Dit branden moet omzichtig gebeuren, anders wordt de geëmailleerde voorkant zwart! Bij dit hele proces staan de ventilatoren en de afzuigers aan, maar toch kan Nella de chemicaliën proeven als ze in de werkplaats is. Tegenwoordig is loodhoudend glazuur een verboden product.
Met een natte kwast wordt de ondergrond aangebracht. Het vloeibare emaille wordt geschud, zodat het zich fraai over het oppervlak verspreidt. Hieruit verwijdert Nella vervolgens de vorm die ze wil maken. Deze vrijgekomen vorm vult ze nu met een afbeelding in emaille. Ze noemt het zelf de 'nat-in-nat' techniek.
Het geheel wordt te drogen gelegd, zodat ze daarna met een graveernaald de contouren en de accenten kan inkrassen. Wanneer er zo'n acht tableaus vol staan met beschilderde voorwerpen, gaat alles in het goederenliftje naar beneden naar de werkplaats.
Branden en glazuren:
Echtgenoot Piet speelt beneden de hoofdrol: hij brandt de beschilderde voorwerpen, niet in een oven, maar met een of twee branders. De gegraveerde lijntjes zijn nu geoxideerd en bijna zwart geworden. Om die weer tevoorschijn te halen tot hun koperen kleur worden de voorwerpen in een bad van salpeterzuur gedompeld, en om dat weer te neutraliseren in een loogbad; met azijnzuur wordt het oppervlak weer wat ruw gemaakt. Nu kan de transparante glazuurlaag erop gespoten of gestrooid worden; vóór het branden ziet die eruit als witte fondant. Het bevat lood en is gevaarlijk voor de gezondheid, maar zorgt wel voor de prachtige glans over het geheel. Als laatste wordt de onderkant gebrand, zodat die fraai oxideert, en daarna geglazuurd. Dit branden moet omzichtig gebeuren, anders wordt de geëmailleerde voorkant zwart! Bij dit hele proces staan de ventilatoren en de afzuigers aan, maar toch kan Nella de chemicaliën proeven als ze in de werkplaats is. Tegenwoordig is loodhoudend glazuur een verboden product.
Nella Damsma in haar werkplaats aan het branden, februari 2016.
Afwerking:
Terwijl Nella boven in het atelier al weer bezig is met de volgende vissen, hertjes en paardjes, houdt Piet zich bezig met de afwerking, zoals het schuren van de randjes en het solderen van de sigarettengleufjes op de asbakjes. De meeste voorwerpen zijn nu klaar. Enkele grote schalen, bonbonschaaltjes en asbakken, gaan nu terug naar de forceur om er een extra koperen onderschaal om te zetten. Die is ook eerst voorzien van het logo natuurlijk! De onderkant wordt gelakt zodat het in de loop der jaren niet kan oxideren en mooi koperkleurig blijft.
Een enkele keer gaat het fout: een onderschaaltje met het logo "Lama Holland" wordt bevestigd aan een geëmailleerd schaaltje dat beslist niet van Nella's hand is!
Terwijl Nella boven in het atelier al weer bezig is met de volgende vissen, hertjes en paardjes, houdt Piet zich bezig met de afwerking, zoals het schuren van de randjes en het solderen van de sigarettengleufjes op de asbakjes. De meeste voorwerpen zijn nu klaar. Enkele grote schalen, bonbonschaaltjes en asbakken, gaan nu terug naar de forceur om er een extra koperen onderschaal om te zetten. Die is ook eerst voorzien van het logo natuurlijk! De onderkant wordt gelakt zodat het in de loop der jaren niet kan oxideren en mooi koperkleurig blijft.
Een enkele keer gaat het fout: een onderschaaltje met het logo "Lama Holland" wordt bevestigd aan een geëmailleerd schaaltje dat beslist niet van Nella's hand is!
Wandplaten:
De voorbereiding en de afwerking van de grotere wandplaten is hetzelfde, maar het aanbrengen van de beschildering gaat anders in zijn werk. Er wordt géén achtergrond aangebracht, alleen een afbeelding van bijvoorbeeld vissen of een stadsgezicht. De contouren worden desgewenst aangegeven met lijntjes zwarte emailleverf, maar lijntjes en accenten graveren is er hier niet bij.
Wanneer nu de beschilderde plaat gebrand wordt, zien we dat de kale koperen achtergrond door oxidatie prachtige vlammende tinten oranje, goud, rood, geel en soms bijna groen krijgt. Dit effect kan alleen met een brander worden verkregen, niet in een oven. Na het glazuren wordt de plaat op een wengé houten plank gelijmd en is klaar voor de verkoop. Vanaf 1967 maakt Nella wandplaten middels deze techniek. Deze wandplaten werden zeer populair en verkocht in het hele land.
De voorbereiding en de afwerking van de grotere wandplaten is hetzelfde, maar het aanbrengen van de beschildering gaat anders in zijn werk. Er wordt géén achtergrond aangebracht, alleen een afbeelding van bijvoorbeeld vissen of een stadsgezicht. De contouren worden desgewenst aangegeven met lijntjes zwarte emailleverf, maar lijntjes en accenten graveren is er hier niet bij.
Wanneer nu de beschilderde plaat gebrand wordt, zien we dat de kale koperen achtergrond door oxidatie prachtige vlammende tinten oranje, goud, rood, geel en soms bijna groen krijgt. Dit effect kan alleen met een brander worden verkregen, niet in een oven. Na het glazuren wordt de plaat op een wengé houten plank gelijmd en is klaar voor de verkoop. Vanaf 1967 maakt Nella wandplaten middels deze techniek. Deze wandplaten werden zeer populair en verkocht in het hele land.
Tegeltableau met het stadhuis van Sittard. Achtergrond in vurige herfsttinten.